Ontworming

Ontwormen

Waarom ontwormen?

Honden en katten maken steeds vaker deel uit van ons gezin. We aaien ze, knuffelen en spelen met ze. Maar dit is niet altijd zonder risico! Negentig procent van de pups en jonge poesjes en dertig procent van de volwassen dieren is met wormen besmet.

De worminfecties kunnen verschillende ziektes veroorzaken en er zijn wormaandoeningen waar jonge dieren aan dood kunnen gaan. Daarnaast kunnen de wormen ook de gezondheid van u en uw gezinsleden aantasten. Daarom wordt aangeraden uw huisdier regelmatig te ontwormen.

Welke soorten wormen bestaan er?

Bij huisdieren kunnen verschillende soorten wormen voorkomen. Wormen kunnen van enkele millimeters tot enkele centimeters lang worden. Ze hebben een lange levensloop: van eitje over larve tot worm. Omdat de wormen goed in de natuur kunnen overleven, zijn wormen hardnekkige, terugkerende vijanden van de gezondheid van uw huisdieren.

De belangrijkste soorten wormen zijn: Spoelwormen, Zweep-, haak- en longwormen en lintwormen.

Hoe merk ik dat mijn hond of kat wormen heeft?

De organen van honden en katten kunnen door wormen aangetast zijn, maar dit wordt pas na een hele poos merkbaar. Een hond of kat is door een worminfectie meer vatbaar voor infecties, ademhalingsmoeilijkheden of beschadiging van de longen. In ernstige gevallen kan het dier vermageren, overgeven, diarree krijgen of juist last hebben van verstopping. De algemene conditie kan achteruitgaan, de kwaliteit van de vacht vermindert of het dier kan aan bloedarmoede gaan lijden. Het grootste gevaar van wormen is echter dat ze onzichtbaar aanwezig zijn.

In het begin is aan het uiterlijk van het dier niets te merken, maar in het lichaam van de hond of kat word wel onzichtbare schade aangericht.

Hoe ontstaat een besmetting door wormen?

Bijna elke hond of kat wordt regelmatig met wormen besmet. Honden en katten snuffelen graag aan uitwerpselen waarin wormeitjes kunnen zitten. Deze wormeitjes worden tijdens het wassen van de vacht of likken van bijvoorbeeld de neus ingeslikt. Jonge dieren kunnen op verschillende manieren besmet raken:

  • de infectie kan al vóór de geboorte in de baarmoeder ontstaan
  • door het drinken van besmette melk van de moeder kan een pasgeboren dier met wormen worden besmet
  • jongen dieren kunnen ook wormeitjes van de grond (mand, kattenbak enz.) oplikken en zo zichzelf besmetten.

Het eten van rauw vlees, slachtafval of sommige knaagdieren houdt voor uw huisdier ook een risico op wormbesmetting in. Uw huisdieren kunnen lintwormen krijgen doordat ze vlooien oplikken die de drager kunnen zijn en die de lintworm op uw hond of kat kunnen overbrengen. Zorg daarom dat uw hond of kat ook tegen vlooien wordt beschermd.

Waar zitten de wormen als een dier besmet is?

Als een hond of kat wormeitjes heeft opgelikt, komen deze in de darm terecht en ontstaan er larven. De larven doorboren de darmwand en nestelen zich in verschillende organen die ze tegenkomen. Larven die in de longen komen, kunnen worden opgehoest en weer doorgeslikt.

Zo komen ze weer in de maag, gaan vervolgens naar de darmen waar ze zich opnieuw kunnen ontwikkelen. Wormen zitten meestal in de darmen, maar de larven kunnen in het hele lichaam zitten. De trektocht van wormen (of larven) in het honden- of kattenlichaam kan jaren duren.

Tips

  • Uw hond of kat blijft alleen wormvrij als u deze regelmatig een anti-wormkuur geeft.
  • Houd uw kat of hond vlooienvrij. Vlooien kunnen lintwormen overbrengen.
  • Ontworm uw dier ook als het niet in contact komt met andere dieren.
  • Ontworm een teef of poes 30 à 60 dagen na de loopsheid omdat in deze periode een worminfectie makkelijker kan optreden.